Wat zijn de kosten van een fiscale gerechtelijke procedure? Een overzicht

U heeft een betwisting met de fiscus en u geraakt niet tot een akkoord. De enige uitweg is (helaas) een gerechtelijke procedure.

Met welke kosten moet u dan rekening houden? We geven hierna een overzicht.

1. Rolrechten

Wanneer u een fiscaal verzoekschrift neerlegt op de griffie van de rechtbank zal u mogelijk een rolrecht verschuldigd zijn. Dit rolrecht is echter pas verschuldigd vanaf het ogenblik dat uw vordering meer dan 250.000 EUR bedraagt. Dit bedrag wordt beoordeeld per eisende partij. Bijgevolg, indien een aanslag lastens beide partners is gevestigd ten belope van 300.000 EUR, dan zal het rolrecht niet verschuldigd zijn omdat per eisende partij de vordering slechts 150.000 EUR zal bedragen.

Hoeveel bedragen deze rechten?

Rechtbank van eerste aanleg :

• Tussen 250.000 en 500.000 EUR : 300 EUR
• Meer dan 500.000 EUR : 500 EUR

Hof van Beroep

• Tussen 250.000 en 500.000 EUR : 600 EUR
• Meer dan 500.000 EUR : 800 EUR

Hof van Cassatie

• Tussen 250.000 en 500.000 EUR : 800 EUR
• Meer dan 500.000 EUR : 1.200 EUR

Het tarief van de rolrechten is dus afhankelijk van de waarde van de vordering. De wetgever ging er van uit dat de werkingskosten van de hoven en rechtbanken hoger zijn, naarmate de waarde van de vordering hoger is. Een hogere waarde zou dus een hoger rolrecht verantwoorden. Het Grondwettelijk Hof oordeelde evenwel dat dit een discriminerend criterium is. Vorderingen met een beperkte financiële inzet kunnen een ingewikkelder karakter vertonen en een hogere werklast voor het gerechtelijke apparaat meebrengen dan vorderingen met een hoge financiële inzet (arrest van 9 februari 2017, nr. 13/2017). Het Hof vernietigde deze regeling, evenwel totdat de wetgever een nieuwe regeling zou uitwerken en uiterlijk tot 31 augustus 2017.

Inmiddels is een nieuw wetsontwerp klaar. In de nieuwe regeling heeft de ‘waarde’ van de vordering geen invloed meer. Ook zijn de rolrechten opnieuw verschuldigd per zaak en niet meer per eisende partij. En belangrijker, in fiscale zaken zou een volledige vrijstelling van rolrechten gelden. Zodra dit wetsontwerp dus wet geworden zal zijn, bent u niet langer rolrechten verschuldigd.

Indien u in het gelijk wordt gesteld en u heeft rolrechten betaald, kan de fiscus uiteraard wel veroordeeld worden tot terugbetaling van deze rolrechten.

2. Bijdrage aan het fonds voor juridische tweedelijnsbijstand

Sinds 1 mei 2017 - dit is dus zeer recent - is een bijzondere bijdrage verschuldigd ter financiering van het nieuwe "Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand".

De bijdrage moet betaald worden bij inschrijving van de gedinginleidende akte op de algemene of bijzondere rol (dus bij de neerlegging van het verzoekschrift ter griffie).

Deze 'bijzondere bijdrage' is gelijk aan 20 EUR per eisende partij. Als twee echtgenoten een belastingaanslag aanvechten, zal dus 2 x 20 EUR verschuldigd zijn.

In uitzonderlijke gevallen voorziet de wet in bepaalde vrijstellingen.

Indien u in het gelijk wordt gesteld, kan de fiscus uiteraard ook hier veroordeeld worden tot terugbetaling van deze bijdrage.

3. Rechtsplegingsvergoeding

Verder moet u rekening houden met de rechtsplegingsvergoeding op het einde van de procedure.

Indien u in het gelijk wordt gesteld door de rechtbank of het hof, en indien u beroep heeft gedaan op een advocaat, heeft u in principe recht op een rechtsplegingsvergoeding die wordt berekend in functie van de waarde van de vordering of de belasting. De tarieven vindt u hieronder terug.

Normaal gezien worden in fiscale zaken steeds de basisbedragen gehanteerd. Het is in zeer uitzonderlijke omstandigheden mogelijk dat hiervan wordt afgeweken (zowel in min als in meer).

Indien u in het ongelijk wordt gesteld door de rechtbank of het hof, wordt u veroordeeld tot dezelfde rechtsplegingsvergoeding op voorwaarde dat de fiscus beroep heeft gedaan op een advocaat. Dit is uitzonderlijk in eerste aanleg. In hoger beroep doet de fiscus meer beroep op een advocaat hoewel een tendens kan waargenomen worden dat ook hier steeds minder beroep wordt gedaan op een advocaat.

4. Erelonen advocaat

Ten slotte moet u uiteraard rekening houden met de erelonen van uw advocaat.

5. Conclusie

In fiscale zaken blijven de kosten in principe vrij beperkt. U zal voornamelijk rekening moeten houden met de rechtsplegingsvergoeding. In geval van verlies bent u die echter niet verschuldigd indien de fiscus geen beroep deed op een advocaat. Uiteraard zal u wel rekening moeten houden met de erelonen van uw advocaat.